Op dit moment is de wettelijke betalingstermijn 30 kalenderdagen. Niets belet ondernemingen echter om een andere betalingstermijn overeen te komen. Het komt dan ook voor dat een schuldenaar die economisch sterker staat dan de schuldeiser, misbruik maakt van zijn positie ten opzichte van een klein bedrijf. Leveranciers staan onder druk om betalingstermijnen van meer dan 30 dagen en zelfs 120 dagen of meer te aanvaarden.
Dit is vooral een zware last voor KMO’s, die zeer weinig onderhandelingsruimte hebben tegenover grote bedrijven en te weinig kasreserves om dergelijke betalingstermijnen op realistische wijze aan te kunnen. Het gebeurt dan ook vaak dat toeleveranciers, die meestal eerder kleine bedrijven zijn, onder druk komen te staan. Gaan ze niet akkoord, dan zien soms grote contracten aan hun neus voorbijgaan. De wetgever greep daarom een eerste keer in door te verordenen dat als de schuldeiser een KMO is de betalingstermijn niet meer dan 60 dagen mag bedragen.
De betalingstermijn begint te lopen vanaf de dag die volgt op de ontvangst van de factuur door de schuldenaar, of de ontvangst van de goederen of diensten als die worden geleverd nadat de factuur is ontvangen, of de aanvaarding of controle van de goederen of diensten als dit in een procedure is voorzien en als de schuldenaar de factuur ontvangt vóór of op de datum van de aanvaarding of controle.
De wet staat ook een factuur- en goederencontroletermijn van maximaal 30 kalenderdagen toe, die kunnen worden opgeteld bij de wettelijke betalingstermijn van 30 (of maximum 60) kalenderdagen. Hierdoor kan de volledige betalingstermijn in principe oplopen tot 90 kalenderdagen. De wetgever legt deze lange betalingstermijn nu aan banden.
Nieuwe regeling vanaf 1 februari 2022
Om ondernemingen te beschermen tegen te lange betalingstermijnen heeft de wetgever ingegrepen. Vanaf februari 2022 bedraagt de wettelijke betalingstermijn simpelweg 30 kalenderdagen. Bedrijven mogen hier nog steeds contractueel van afwijken tot een betalingstermijn van maximum 60 kalenderdagen. De omvang van het bedrijf is hier niet van belang. Er wordt dus geen onderscheid meer gemaakt tussen KMO’s en niet-KMO’s. En dezelfde regels gelden ook voor de overheid.
Bovendien mag de betalingstermijn niet meer verlengd worden met de factuur -en goederencontroletermijn. Die moet mee opgenomen worden in de maximum betalingstermijn. De datum van ontvangst van de factuur mag ook niet meer contractueel worden bepaald. Zo wordt voorkomen dat bedrijven onder druk valse factuurdata moeten accepteren om de wettelijke termijn van 30 dagen te omzeilen. Laattijdige betalingen worden automatisch gesanctioneerd met nalatigheidsintrest.
Beide partijen, ongeacht de omvang van de onderneming, zullen dus op geen enkele manier nog een betalingstermijn van meer dan 60 dagen overeen kunnen komen.
De nieuwe wet treedt in werking op 1 februari 2022.
---